donderdag 17 juni 2010

Penis en Pompoen


‘In de Rooms-Katholieke Kerk komen de laatste jaren steeds meer gevallen van seksueel misbruik door geestelijken aan het licht.’

Toen ik bovenstaande in de volkskrant las, dacht ik meteen aan de Paus, die eeuwen lang als een eenzame en godvruchtige dienstbode van God op aarde heeft geleefd.
Het woord ‘dienstbode’ liet me denken aan een oud erotisch verhaal, penis en pompoen, van onze grote dichter, Jalal ad-din Mohammad Balkhi Rumi, 1207 – 1273, beter bekend als Molavi:

Er was een vrouw van een jaar of veertig, Khatun, die na de dood van haar rijke man met haar dienstbode, Kanizak, in een groot huis woonde. Kanizak wilde nooit trouwen om een goede dienstbode voor God en haar meesteres te zijn.
Op een dag toen zij een pompoen in de tuin zag, dacht zij onbewust aan de ezel. ‘O, mijn God, waarom denk ik aan de ezel?’ mompelde ze zacht tegen zichzelf. De dag daarna toen Khatun naar haar druivengaarden ging, plukte zij de pompoen en liep met een warm en geil gevoel naar de stal. ‘Ik maak een gaatje in de pompoen om niet het hele ding binnen te krijgen,’ mompelde zij terwijl zij met een groot mes een gaatje in de pompoen maakte. Daarna kleedde ze zich vlug uit en deed de ezelpenis in het pompoengaatje. ‘Nu is dat lange ding zo kort als een mannelijk geslachtsdeel,’ dacht zij en ging onder de ezel liggen. De ezel leerde snel hoe hij het met Kanizak moest doen.

Onverwacht kwam Khatun weer terug. Voor de deur van de ezelstal hoorde ze iets vreemd. Ze keek door het sleutelgat naar binnen. Verbaasd zag zij dat haar ezel het met haar dienstbode zat te doen.
‘O, mijn God,’ dacht zij en ze klopte op de deur.
‘Wie is daar?’ riep Kanizak ongerust.
‘Ik ben het, wat ben je aan te doen?’ vroeg Khatun alsof zij niks had gezien.
‘Ik maak de stal even schoon, mevrouw.’
‘Doe de deur open, ik wil even naar binnen.’
Kanizak trok snel de pompoen van de ezelpenis, verstopte het, deed haar kleren aan en opende nerveus de deur.
‘Dag mevrouw.’
Khatun liep met een vaag glimlacht de stal binnen. De ezel keek Kanizak wellustig aan.
‘Kanizak,’zei Khatun warm,‘ga naar de druivengaarden, pluk daar witte en rode druiven. Ik kom later bij je langs om samen op de oever van een helder beekje lekkere druiven te gaan eten.’
Kanizak ging snel de stal uit.
Behoedzaam legde Khatun haar hand op de zachte rug van de ezel. Even viel er een stilte. Daarna deed zij hitsig haar kleren uit en ging net als Kanizak onder de ezel liggen.

In de druiventuin wachtte Kanizak op Khatun, maar ze kwam niet. Toen de zon achter de hoge bergen onderging, zette ze het druivenmandje op haar hoofd en liep vlug terug naar huis. Eerst ging ze naar de woonkamer.
‘Mevrouw, ik ben terug!’ Zij hoorde geen antwoord. Ineens hoorde ze het geluid van de ezel. Zij schrok even, daarna rende ze naar de stal.Toen zij de staldeur open deed, zag ze verbaast hoe haar meesteres helemaal naakt op de vloer lag. ‘Khatun,’ schreeuwde zij huilend en rende naar haar toe. Zij draaide haar om, haar buik en benen zaten onder het bloed.
‘O, mijn God! Ze heeft alleen de penis gezien, maar niet de pompoen,’ riep ze huilend terwijl de ezel tevreden toekeek.